De glycemische index van een koolhydraat geeft aan hoe sterk de glucosespiegel in het bloed omhoog gaat na het eten van een voedingsmiddel. Hoe lager het getal hoe beter. Slechte koolhydraten zijn alle koolhydraten die boven de GI van 50 komen, en goede koolhydraten zijn deze die daaronder zitten. Glucose/dextrose staat standaard op 100 gesteld, en is dus een voorbeeld van een zeer slechte koolhydraat. Paddestoelen hebben een glycemische index van 5, en zijn weer zeer goed. Glycemische index korten we af met GI.